Wat een dikke 6 jaar geleden begon als een impulsief spelletje chasing-the-sun draaide al gauw uit op een jaarlijks ritueel ‘jongenshart achterna hollen’. Eentje waar Maarten, Bart en ik bij de overgang van juli naar augustus vrouw en kinderen ruilen voor de pure grandeur van midden-Frankrijk. Ditmaal gingen we kanoën in Frankrijk.
Een kleine week onthaasten. Op het landgoed van een kasteelheer naast onze lievelingsrivieren gooien we de tent uit, hengel in het water en verse forel laten knisperen op het kampvuur. Geen elektriciteit of vrouwen, geen stromend water of shampoo en – meestal – ook geen ontvangst. Dat zuivert.
Wat mijn favoriete wildzwemplekjes en rivieren van Frankrijk zijn kan je hier lezen. Maar dan was ik nog niet in het vergeten Le Blanc geweest.
Daar waar La Creuse gestaag kabbelt door het natuurpark La Brenne. Ze moet de 166.000 hectaren wel delen met de Indre (mijn andere favoriet), duusd ijsvogels en meer dan 2000 meertjes. Zelfs de monsterlijke ‘Silure’ zwemt hier ongestoord op de bodem van La Creuse, een gedrocht dat je liever niet wil tegenkomen. Het idee dat die vuile vis elk moment mijn kano kon omduwen, stond me vier dagen lang niet helemaal aan. Maja, vissen vind ik maar niets.
4 dagen en 80 km kanoën rond Le Blanc
We boekten een kanotrip voor 4 dagen in Le Blanc. Charmant dorpje, al had de toeristische dienst volgens mij al 10 jaar geen mens meer gezien. Een jonge hippie, duidelijk een beetje van z’n melk, verwelkomde ons hartelijk. We kozen onze kano en tonnetjes zorgvuldig uit, we zouden daar tenslotte toch 4 dagen in wonen. Een half uur later nam hij ons en al onze bezittingen mee richting Argenton-Sur-Creuse. Hier vertrokken we voor een tocht van ruim 80 km stroomafwaarts. Met een paar peddeltjes je hele hebben en houden door het rustige water ploegen, vier dagen weg van de de Belgische drukte. De jongens waren weer vrij en alleen, en dat op slechts een kleine 7 uur rijden van Leuven.
Waarom Le Blanc en omstreken echt wel oké is om te kanoën in Frankrijk
Door de lift naar Argenton zaten we op 2 dagen varen van de uitvalsbasis in Le Blanc. Ideaal om hier onze eet- en drankvoorraden weer aan te vullen. Er past uiteindelijk toch niet zo heel erg veel gerief in een kano en een tent, slaap- en kookgerief moest ook mee.
We verschoten van de heerlijke rust. We zijn letterlijk geen enkele andere toerist of kanoër tegen gekomen op de rivier in 4 dagen. En dat midden in hartje zomer.
La Creuse is een perfect bevaarbare rivier die vele kasteeltjes en kloosters passeert. En als de baan naast het water even verdween achter de bergen, was het er echt muisstil. Ik verschoot van de vergane glorie, maar dat gaf deze trip echt extra cachet. Heel erg aangenaam verrast, dat was ik. Want ik heb het niet zo voor andere mensen, laat staan toeristische trekpleisters.
Tentje opzetten
Slapen deden we naar aloude traditie met een tent naast het water. Een paar keer de stoute schoenen aan getrokken en bij een Franse Kasteelheer aangeklopt. We moesten wel onze feilloze overnachtingsplaats-scoor-strategie bijschaven van “Excusez-moi, nous sommes trois jeunes Belges et nous sommes perdues. Pourrions-nous placer notre tente sur votre champs?” naar “Excusez, nous sommes trois Belges et nous sommes fatigués”. Dat werkt goed. Voor je het beseft, drink je plaatselijk gebrouwen aperitief met een onverstaanbare Fransoos die alleen maar klaagt over hoe veel werk het niet is om een onmetelijk groot landgoed te onderhouden. Zwaar leven, daar aan het water.
Gewoon doen, gewoon vragen. Mensen bijten niet.
Glad en traag als bodemsteen
Het was de moeite. Een paar dagen weg van alles doet wonderen. Met twee helden van mannelijke vrienden. Een kampvuur, gerookte vis en een tonnetje wijn, meer moet dat voor ons echt niet zijn. Maar vooral de manier hoe de tijd lijkt stil te staan, in een jasje van de moderne wereld. Maarten kan dat schoon verwoorden, ik laat het u zien.
Jacques Tati wist het al in 1949
en roddelde erover in zijn film;de rivier maakt de dorpelingen
glad en traag als bodemstenen.Rozig op de oever – comme un coq en pâte.
Mijn vriend roept nog met gebroken tong“We zijn verzopen in aperitief, schrijf
die regel neer in een gedicht.”Het is een slecht vers maar ik gebruik het
toch, zie! We zinken in lokale wijn.Liggen op de bodem van dit zomerdorp.
Slikken tot wat we willen zijn: uit de tijd.Jour de Fête –
Maarten Inghels
Dat deze traditie nog lang in stand mag blijven. Of dat nu kanoën in Frankrijk is of kamperen bij een boer. Want ons eeuwig jongenshart, bonkt binnenin nog steeds onverminderd hard.
Into the wild reads:
- Kan je kamperen in IJsland tijdens de winter?
- Op elfenjacht in de magische sprookjesbossen van Luxemburg
- Kamperen met kinderen: Kampvuren knallen in de Ardennen
- Wildkamperen in de Auvergne met een kano die kan kapseizen
- Die keer dat ik helemaal alleen in de verlaten Outback vastzat.
- Een krakende Boomhut in de Belgische Ardennen
- Citytrip naar Dubrovnik
Leave a Reply
You must be logged in to post a comment.