De mooiste roadtrip door Italië

amalfi coast positano bezoeken

Ik lig met mijn benen diagonaal gestrekt op de achterbank. Die vervloekte krampen ook in mijn benen. Hoe lang is het nog? Nog 7 uur. Zucht. Nòg 7 uur wachten voordat mijn Italiaanse roadtrip officieel van start gaat.

Naast mij zoemt de frigobox op de achterbank, ach ja we zullen nog maar wat eten tegen de verveling. Dat haat ik altijd het meeste aan autoreizen, het lange wachten. Lasciatemi cantare… Uit de radio dreunt the best of Italian songs playlist. Smachtend naar de glooiende Toscaanse heuvels, overheerlijke pasta en goddelijke wijn, voel ik hoe ik wegzak naar dromenland.

zonsondergang in toscane
Glooiende Toscaanse heuvels

Italië reisgids

Tips voor de ultieme 10-daagse Italiaanse roadtrip

Voor je vertrekt

Omdat een goede voorbereiding key is, hier alvast enkele tips voor je vertrekt:

Vanuit Hasselt rij je ongeveer 1.102 kilometer naar Rapallo. Google zal je zeggen dat je hier 11u34 minuten over doet maar geloof me, dat is niet zo. Ik deed er een slordige 17 uur over om naar Saronno, dichtbij Milaan, af te reizen. Files, wegenwerken, drukte door het hoogseizoen, je komt het allemaal tegen onderweg. Zorg dus dat je voorzien bent met de nodige snacks en smeer die boterhammekes maar alvast op voorhand. Tip, een frigobox is handig, tenzij je graag bokes met gesmolten kaas eet en warme cola drinkt. 

Zorg dat je kan afwisselen met rijden, het is vermoeiender dan je denkt. Reis je toch alleen? Las dan op tijd tussenstops in om even de beentjes te strekken en uit te rusten. Ik maakte een tussenstop in Saronno. Hier overnachtte ik in Hotel Firenze. Voor slechts €5 kun je hier ook ontbijten. Koffietjes à volonté, beleg, muffins, croissants, broodjes, fruitsap en noem maar op.  

Prop je auto niet te vol, de kans is groot dat je zal terugkeren met een heel arsenaal aan wijn, olijfolie en andere streekproducten. Of in mijn geval, Aperol. Het is er zelfs zo goedkoop dat in sommige supermarkten dit oranjerode goedje achter slot en grendel staat en je maximum twee flessen per keer mag meenemen.

Koop een vignet om Zwitserland door te reizen. Dit kan je op voorhand al in België kopen maar je kan dit ook in tankstations aan de Zwitserse grens scoren. Dit kost je rond de €38 en is 1 jaar geldig. Oh en denk er ook aan om je mobiele gegevens uit te schakelen vanaf het moment dat je de grens oversteekt tot je bij Como bent. Laat je niet vangen want hoewel je in Lugano Italiaanse verkeersborden tegenkomt, zit je nog steeds in Zwitserland.

Tolwegen: Voor bepaalde trajecten in Italië betaal je tol. Het beste is als je hiervoor een creditcard gebruikt, zodat er geen opgejaagde Italianen achter je gaan beginnen toeteren terwijl je muntjes bijeen zoekt. Geloof me, I’ve been there. De tolprijzen kan je hier berekenen, maar ik maak het je gemakkelijk en heb het voor je gedaan.

  • Como-Rapallo € 18,10
  • Rapallo-Pisa: €14,10
  • Pisa-Lucca €1,20
  • Lucca-Vinci €2,10
  • Vinci-Firenze €3,10
  • Firenze-Como €27,90

De route

  • Hasselt-Rapallo: 11u34, 1.102 km
  • Rapallo-Pisa: 1u40, 136 km
  • Pisa-Lucca: 35 min, 20,6 km
  • Lucca-Vinci 51 min, 45,1 km
  • Vinci-Firenze 40 min, 39,9 km
  • Firenze-Hasselt 13u16, 1.209 km

Rapallo

Starten doe ik in het charmante Rapallo. Op een steenworp van het station overnacht ik in mijn paleis, ik bedoel appartement. Het begin van de reis zet ik, uiteraard, in met een verfrissende cocktail. Eén van de velen die nog zouden komen. Normaal ben ik niet zo van de toerismebureaus maar deze in Rapallo is eentje die de moeite waard is. Achter het glazen raampje verschijnt de stralende lach van Marina. 20 minuten en 15 folders later keerde ik terug naar mijn appartement. 

Castello di Rapallo

Portofino: Het Saint-Tropez van Italië

Portofino, het Saint-Tropez van Italië. Met andere woorden de hotspot waar rijke jachteigenaars pronken met hun meest luxueuze pareltjes. Daar kwam ik dan aan, op de ronkende ferry vanuit Santa Margherita in de snikhete zon. Ach ja mits een beetje fantasie zit je ook op je eigen jacht. Veel is er eigenlijk niet te doen in Portofino behalve door de straatjes slenteren en een veel te dure espresso te drinken. Wat wel de moeite waard is, is het uitzicht vanop de burcht. Al moet je er wel een honderdtal trappen voor over hebben. 

San Fruttuoso: een abdij aan het water

Next stop, San Fruttuoso. Herkenbaar door de grote abdij die van ver tussen de rotsen prijkt. Oh wat ik zou geven om even in dat heerlijke water te kunnen zwemmen. Maar nee, dankzij dat coronabeestje zaten er limieten op de stranden en moest je hiervoor betalen. Maar ik zou en moest in dat water zwemmen, dus mits een beetje inventiviteit en het kruipen onder bruggetjes kon ik dan eindelijk op handen en voeten het water in. Want ja zandstranden zal je hier niet vinden, enkel van die heerlijke gloeiend hete stenen.

De abdij van San Fruttuoso prijkt hoog op langs de bergwand

Camogli: de mooiste kerk die ik ooit zag

Afsluiten doe je in Camogli, een oud vissersdorpje. Wandel wanneer je aanmeert in Camogli via de marmeren trappen naar boven. Wat er aan de buitenkant uitziet als een sobere kerk is vanbinnen de mooiste kerk die ik op de hele reis heb gezien. De Basilica di Santa Maria Assunta is rijkelijk versierd met bladgoud, in combinatie met de gouden avondzon zorgde dit voor een magische sfeer. Een laatste Mai Tai om de dag af te sluiten, ik zei toch dat er nog cocktails gingen volgen? Achteraf gezien was dit toch niet zo een goed idee in die Italiaanse hitte. 

Basilica di Santa Maria Assunta in volle glorie

Praktische tips voor Portofino, San Fruttuoso en Camogli

Vanuit Rapallo neem je de bus naar Santa Margherita voor €1,80. Kaartjes koop je aan de bushalte. Neem de ferry vanuit Santa Margherita naar Portofino. Lang moet je niet wachten, elk half uur vertrekt er een ferry. Snel zeeziek? Neem dan de trein. Voor 12 euro kan je met de ferry naar Portofino en naar San Fruttuoso. Wil je naar Camogli? Dan moet je nog een extra kaartje kopen.

Cinque Terre: Benvenuti in paradiso

Als onderdeel van de UNESCO werelderfgoedlijst mag je een bezoekje aan de Cinque Terre zeker niet overslaan. In Levanto kocht ik een Cinque Terre Treno Card, hiermee kun je gratis alle treinen nemen tussen de verschillende dorpjes en krijg je toegang tot het natuurpark. Je hebt twee opties, de luie of de actieve manier. Gooi je graag de wandelbenen nog eens los? Dan kan je te voet de vijf dorpjes doen. Zelfkennis is belangrijk, en rondsjokken in een hitte van 36 graden was me net te veel. De trein it was. Zoals ieder logisch persoon bezocht ik de dorpjes van achter naar voren. Riomaggiore, here we come. Met zijn indrukwekkende baai, leuke winkeltjes en helderblauw water is dit een van de mooiste dorpjes. Na wat rond te slenteren voelde ik de zee me roepen. Opnieuw kroop ik over de gloeiend hete stenen om dan eindelijk verkoeling te vinden in dat heerlijke water. Vanuit Riomaggiore is er een kleine wandelroute, de ‘liefdeswandeling’ genoemd naar het volgende dorpje Manarola. Neem in Manarola even de tijd om naar boven te wandelen en wordt beloond met een schitterend uitzicht over de baai. Met mijn camera in de aanslag probeerde ik me een weg te wringen langs de andere toeristen. O ja, in het hoogseizoen kan het er super druk zijn. Op tijd vertrekken is dus de boodschap! Op de een of andere manier was de rondbengelende camera rond mijn nek een teken dat ik een goede fotograaf ben. Om de 5 meter kreeg ik dan ook de vraag om foto’s te maken van verliefde koppeltjes. Corniglia is het enige dorpje dat niet aan het water ligt maar hoog op de bergen, gekend voor zijn citroenen en wijn. Na een korte stop in Vernazza om die zelfgesmeerde bokes met ondertussen half gesmolten kaas te eten reisde ik richting het laatste dorpje op de lijst. Zoals ze zeggen, save the best for last.  Monterosso al Mare is het grootste dorp en bestaat uit een oud en nieuw gedeelte, verbonden met elkaar door een tunnel. Eenmaal ik de trein uitstapte werd ik begroet door een charmante bar. Niets sjieks maar de goedkope Aperol en uitzicht op zee zijn het waard om even te gaan zitten. Nog een korte zwempauze en op naar het oude gedeelte. Achteraf gezien was dit toch niet zo een goed idee. Zout water gemixt met zweet en een natte short, ik denk dat elke vrouw wel weet wat het gevolg daarvan is. Zoals wij het noemen: Schuurbatsen. Plezier gegarandeerd voor de rest van de vakantie. Slenter door de gezellige straatjes en kijk je ogen uit aan kleine winkeltjes met keramiek, lokale streekproducten en nog veel meer. Over lokale specialiteiten gesproken, breng een bezoekje aan het pestolab Baico, waar je traditionele pesto alla Genovese kan kopen. Wat er die avond op het menu stond? Pesto alla Genovese met trofie pasta.

Riomaggiore, een van de mooiste dorpjes van Cinque Terre

Praktische tips voor vakantie naar Cinque Terre

Neem de trein vanuit Rapallo naar Levanto. Hier kan je best een Cinque terre treno card kopen in het station. Voor 16 euro kan je tweedeklas reizen met de regionale (snel)treinen (behalve de IC/ICN/FB-treinen) op de route Levanto – La Spezia (en vice versa). Ook krijg je toegang tot het parkgebied en kan je gebruik maken van de door de ATC beheerde busdiensten tussen de dorpen en nog veel meer. Om de 5 à 10 minuten vertrekken er treinen naar de verschillende dorpjes, lang moet je dus niet wachten.

In het hoogseizoen kan het super druk zijn in de dorpjes, vooral in Vernazza. Ik raad je dus aan om dit buiten het hoogseizoen te doen of vroeg te vertrekken. Je kan de 5 dorpjes op één dag doen maar het wordt niet echt aangeraden. Maak dus op voorhand al een selectie van welke dorpjes je zeker gezien wilt hebben.

Pisa: Schuin, schuiner, schuinst

Na vier dagen te vertoeven langs de westkust, trok ik dieper naar het hart van Italië, naar het Toscane. Onderweg stopte ik toch ook maar even aan die wereldberoemde schuine toren. Ik zou echt niet zo iemand zijn die zo een belachelijke foto zou maken waarbij je de toren omduwt. No way. Maar ook ik heb uiteindelijk moeten zwichten. Wil je wat meer van Pisa zien? Steek de Arno over en waan je in het gezelligere deel van Pisa. Niet alleen shoppen doe je hier naar hartenlust maar ga ook even Keith Harings ‘All the colours of the world’ bekijken. Ik zou Nymke niet zijn als ik niet even zou stoppen om een smakelijke Siciliaanse canoli naar binnen te werken. Heerlijk!

Praktische tips voor vakantie in Pisa

Een hele dag zou ik niet voor Pisa uitrekenen. Op een viertal uurtjes heb je alles gezien. Parkeren doe je op de Parcheggio Cammeo, hou er rekening mee dat je €2 euro per uur betaalt. Op nog geen 5 minuten wandelafstand ben je bij de toren. De duomo, battistero en toren liggen allemaal bij elkaar op 1 plein. Wil je de toren bezoeken? Dat kan, maar hou er rekening mee dat je er een flinke som voor moet neertellen. Steek de Arno over en je bevindt je meteen al in het minder toeristische deel van Pisa. De meeste toeristen gaan namelijk niet verder dan de toren.

Battisero, kathedraal en toren van Pisa
De battisero, kathedraal en toren, allemaal op een steenworp van elkaar.

Lucca: De stad van honderd kerken

Ah Lucca, in mijn jongere jaren kwam ik hier al eens tijdens een Kazou kamp. Dit blijft voor mij nog steeds de mooiste stad van Toscane. Wil je Lucca binnenwandelen wordt je geconfronteerd met een 12 meter hoge stadsmuur. Je hebt twee keuzes, erover of er door. Ik koos de laatste optie. Gekleurde sfeerverlichting en installatiekunst begeleidt je doorheen de muur. Ga erover en je staat op een prachtige groene promenade. Thuis aan de wereldberoemde componist Puccini, is Lucca verder ook thuis aan honderd kerken. Op elke hoek van de straat vind je er wel een. Verborgen naast de San Giusto kerk ligt de Libreria Antiquaria Studio Bibliografico, een boekenwinkel met antieke boeken. Het walhalla voor boekenfanaten waaronder ikzelf. Naast een overvloed aan kerken zijn er ook een aantal verschillende torens in Lucca waaronder de meest indrukwekkende: de Torre Guinigi. wat deze toren speciaal maakt? Steeneiken die hoog boven de toren uitrprijken. Trotseer alle 230 treden naar boven en je wordt beloont met een indrukwekkend uitzicht over de rode daken van Lucca. Het beste eten doe je in de Osteria da Rosolo. De picci met everzwijnragout en panna cotta met rode vruchten zijn om vingers bij af te likken. Denk eraan, je kan hier niet reserveren dus kom op tijd, de wachttijden kunnen lang oplopen. Een streepje muziek uit de dichtsbijzijnde kerk maakte de setting compleet. Ik moet zeggen, je eten zien arriveren met het themalied van Pirates of the Carribean op de achtergrond heeft toch wel iets episch. ’s Avonds begint het echte nachtleven pas op gang te komen. Straten lopen vol met uitgaande jongeren die uit alle hoeken en gaten tevoorschijn komen. Lucca, je bent me er eentje

Praktische tips voor vakantie in Lucca

  • Duomo di San Martino: Lucca heeft honderden kerken maar de grootste en mooiste is veruit de Duomo di San Martino. Denk er aan, wil je kerken of kathedralen bezoeken dat er kledingvoorwaarden aan vast hangen. Laat die korte shorten en rokjes dus maar even hangen, die spaghettibandjes doe je ook best niet.
  • Via Fillingo: Hoewel ik je aanraad om zelf op ontdekking te gaan naar kleine winkeltjes in Lucca, is de Via Fillingo de grootste winkelstraat voor als je stevig wil shoppen. 
  • Piazza Anfiteatro: Naar mijn mening het mooiste plein in Lucca. Zijn ovale vorm geeft een stukje van zijn verleden weg. Wat vroeger een Romeins amfitheater was, is nu een plein om even tot rusten komen en een koffietje te drinken. 
  • Piazzetta del Libro: Toevallig ontdekte ik deze antieke boekenkraampjes toen ik wat afweek van de grotere straten. Op een klein pleintje bevind je je hier in het walhalla voor elke boekenliefhebber.  
  • Via del Battistero: Wandel door de Via del Battistero en laat je toelachen door de schitterende antiek die je in verschillende etalages kan bewonderen.
  • Parkeren: Dit doe je best net buiten het centrum bij Parcheggio Carducci voor €1 per uur.
  • Trein: Je kan natuurlijk ook met de trein naar Lucca. Installeer op voorhand de Trainline app en je vindt gemakkelijk alle treinroutes. Ook tickets kan je via deze app kopen.

Vinci: Lacht ze, of lacht ze niet?

Ah de Mona Lisa, een van de grootste schildermysteries in de kunstgeschiedenis. Lacht ze, of lacht ze niet? Het meesterbrein achter dit mysterie groeide op in Vinci. Laat je onderdompelen in de fleurige, met planten bezaaide straatjes. Verstopt in dit dorp vind je replica’s van een aantal van Leonardo’s bekendste uitvindingen. De tourist trap winkels moet je er wel even bijnemen. Van Mona Lisa T-shirts en schorten tot houten cut-outs waar je je hoofd in kan steken. Ook street art kunstenaars geven een moderne twist aan de Mona Lisa. Vinci is zeker een bezoekje waard.

Praktische tips voor vakantie in Vinci, Italië

Parkeren in Vinci doe je best in het ‘nieuwere’ deel van de stad. Ik parkeerde in de buurt van het Piazza Della Libérta. Denk er aan, in Italië hebben de parkeervakken verschillende kleuren. Witte lijnen wil zeggen dat je gratis mag parkeren. In de vakken met gele lijnen mag je niet parkeren. Doe je dit toch? Dan bestaat de kans dat je wordt weggetakeld. Blauwe lijnen wil zeggen betaald parkeren. Binnen enkele meters zal je dan ook een betaalautomaat vinden. Wandel naar boven en volg de aanwijzers richting de Castello. Zo kom je in het deel van het dorp dat helemaal aan Leonardo is gewijd. Wil je dat ultieme instagram plaatje? Aan het Caffè del Castello zijn de muren bezaaid met bloemen en planten en vind je opvallend veel fietsen om mee te poseren. Hou er rekening mee dat Vinci maar een kleine stad is, op een tweetal uurtjes heb je dan ook het meeste gezien.

Firenze: de bakermat van de renaissance

Firenze, ook wel Florence genoemd is een stad die je in 1 dag kunt doen, of in 1 week. Er is zoveel te zien dat ik een splitsing doe in een toeristische en anti-toeristische versie.

Firenze toeristisch

Starten doe je op de Piazza Santa Maria Novella. Dit plein met aangelegde bloemenperken, een compleet duivenarsenaal, klaar om die laatste pizzakruimels te pikken en verliefde bejaarde koppeltjes is de ‘inkom’ naar de binnenstad vanuit het station. Bewonder ook even de gevel van de Chiesa Santa Maria Novella

Eet een overheerlijke Siciliaanse cannoli in de Mercato Centrale, een overdekte markt. Op de begane vloer vind je specerijen, vlees, kaas en noem maar op. Ga naar boven en je komt op, naar mijn mening, het leukste deel van de markt: eten. Allerlei geuren dringen je neusgaten binnen die je ongetwijfeld doen watertanden. Elk kraampje perfectioneert al jaren een bepaald gerecht en leerjongens worden hier opgeleid door de koks. Wil je echt Toscaans fastfood proeven? Stop dan even bij Da Nerbone voor trippa en lampredotto, gemaakt van niets minder dan koeienmagen.  

Dé duomo aka Kathedraal Santa Maria del Fiore, is de volgende stop. Je kan er niet naast kijken. De gigantische rode koepel zie je al van ver pronken onder de Toscaanse zon voordat je Firenze binnenwandelt. De groen en wit marmeren stenen zijn het werk van architect Brunelleschi. ‘Een bouwwerk, groot genoeg om de gehele bevolking van Toscane met zijn schaduw te bedekken en opgetrokken zonder gebruikmaking van balken of uitvoerige houten schoren.’ Zo luidde begin vijftiende eeuw de opdracht voor de bouw van de koepel van de grootste kathedraal van Firenze. Fun fact, de grote gouden bol op de koepel rolde er tijdens het bouwen af waarbij het een grote deuk maakte in de vloer achter de duomo. De plek waar de bal neerkwam kan je herkennen aan de witte stip op de vloer. Je mag gratis de duomo binnen maar ook hier geldt weer, hou je aan de kledingvoorschriften. Je moet even aanschuiven tussen een honderdtal andere toeristen, maar eerlijk gezegd, de duomo is mooier aan de buitenkant dan aan de binnenkant. 

Next stop, Il Porcellino. Aan de Mercato Nuovo, de grootste ledermarkt van Firenze, kan je dit zwijntje terugvinden. Volgens de Florentijnen brengt het geluk wanneer je een muntje in het blok onder ‘Il Porcellino’ gooit en aait over zijn snuit. Iedereen kan wel wat geluk gebruiken toch?

Heb je weinig tijd om het Uffizi te bezoeken? Geen probleem op het Piazza della Signoria is een openluchtmuseum met indrukwekkende marmeren beelden. Het bekendste beeld in Loggia is het bronzen beeld Perseus met het hoofd van Medusa van Benvenuto Cellini. Naast de Loggia Dei Lanzi vind je ook een kopie van Michelangelo’s meesterwerk, David. Wil je toch liever het origineel zien? Bezoek dan de Galleria dell’Accademia.  Op het Piazza della Signoria vind je ook het Palazzo Vecchio. Terwijl ik gauw even mijn neus binnen stak, zag ik dat er een expositie liep van kunstenaar Paollo Staciolli. Één woord, magnifiek. Ik heb er alvast een nieuwe lievelingskunstenaar bij.

Last stop, Ponte Vecchio. Deze ‘oude brug’ met huisjes aan de zijkanten werden vroeger door looiers, smeden en slagers ingenomen die hun afval in de Arno dumpten. Je kan je wel inbeelden dat het er dus niet bepaald naar rozen rook. Omdat de stank en het lawaai zo erg waren, werden ze vervangen door juweliers en edelsmeden die er de dag van vandaag nog steeds zitten. Wil je hier iets kopen? dan zul je flink in de buidel moeten tasten. Tegen het vallen van de avond worden zware houten luiken naar beneden geklapt en alles veilig achter slot en grendel bewaard. Best wel leuk om eens te zien. Wat niet veel mensen weten is dat er ook een geheime gang over deze brug loopt vanaf het Palazzo Vecchio tot aan het Palazzo Pitti. Geniet ten slotte van de ondergaande zon die zijn warme kleuren over de golvende Arno laat schijnen.

Firenze antitoeristisch

In deze versie starten we met een bezoek aan de oudste apotheek van Europa, Officina Profumo – Farmaceutica di Santa Maria Novella. Gesticht door monniken in 1221, werden hier elixers, balsems en medicijnen gemaakt. Vandaag worden er nog steeds balsems, oliën en nog meer gemaakt volgens de oude recepten en toegegeven het is ook gewoon echt een schitterend gebouw. Via de grote houten deuren word je begroet door een marmeren vloer met een bloemenhemel die vanaf het plafond naar beneden hangt. Aan weerszijden staan marmeren sculpturen en een heerlijke geur lokt je verder het gebouw in. In elke kamer staan andere producten uitgestald. Van unieke parfums en balsems tot voedingssupplementen en etherische oliën. 

Op een steenworp afstand van de Duomo, in de Via Della Studio, vind je een 150 jaar oude kruidenierswinkel waar je typische Toscaanse specialiteiten kan kopen. In Pegna dal 1860 vind je allerlei soorten olijfolie, pasta’s, artisanale zeepjes en nog veel meer. 

Op zoek naar een leuk souvenir? Wandel de straat verder door en je komt uit bij Parione, een Florentijns atelier dat boeken bindt. Sinds 1923 worden er met traditionele technieken, boeken, agenda’s, uitnodigingen en de lijst gaat verder handgemaakt. Achter in de winkel zie je een stukje van het atelier waar alle magie gebeurt. Boeken worden er met de hand gebonden en bedrukt met vacchetta – fior di pelle, gepatineerd en gemarmerd handgeschilderd papier. De drukker spreekt zelfs een woordje Vlaams.

Volgend op het lijstje is de enige echte All’antico Vinaio, thé place to be voor broodjes om je vingers bij af te likken. Achter de Loggia Dei Lanzi zie je van ver rijen staan en hier en daar kom je al servetjes tegen op de grond. Deze zaak is zo populair dat er niet 1, niet 2 maar 3 afhaalpunten zijn in de straat. Met zelfs eigen pop-ups in New York en Los angeles, weet je al dat dit gewoon goed moét zijn. In 2014 was het de meest beoordeelde locatie ter wereld op Tripadvisor. Zeker de moeite waard om even in de rij voor te staan. Ik koos ervoor om hét prijsbeest, de Favolosa, te proeven. Gemaakt van schiacciate (italiaans brood), sbriciolona (een soort toscaanse salami), pecorino kaas, artichoque crème en gegrilde aubergine. Geloof me, de broodjes zijn zo kolossaal dat je de rest van de dag niets meer hoeft te eten.

Nu we toch over eten bezig zijn, wandel de straat verder door en aan de rechterkant vind je de beste gelateria van Firenze volgens de locals. Geloof me, je wordt platgebombardeerd met ijsjeszaken in Firenze maar deze is het waard om even te stoppen. Beroemd om zijn ricotta met vijgenijs, won Gelateria dei Neiri zelfs de Tripadvisor Travellers Choice Award van 2021. En laat me je zeggen, de gelato is fantastisch.

Was dat nu een verkeersbord met een strop rond de pijl? Ja dat heb je goed gezien. Nog iets leuks om je ogen voor open te houden in Firenze zijn de verkeersborden waar kunstenaar Clet Abraham regelmatig zijn handen om slaat.

De meeste toeristen gaan niet verder dan de Ponte Vecchio maar Oltrarno, de andere kant van de Arno, is ook de moeite waard om even rond te kuieren. Doe een terrasje op de Piazza Santo Spirito, kom tot rust in de Giardini Rosa en kijk naar de zonsondergang met een biertje of wijntje in de hand vanuit het Piazza Michelangelo. Salute!

broodje bij all'antico vinaio firenze
De overheerlijke Favolosa bij All’Antico Vinaio.

Praktische tips voor een vakantie in Firenze

Wil je graag Firenze bezoeken maar je niet blauw betalen aan parking? Neem dan trein tot in het station van Santa Maria Novella, of wat ik deed: parkeer je auto gratis aan de parking van supermarktketen Coop neem de tram voor €1,50 naar het Santa Maria Novella station. Ik stapte op in Nenni-Torregalli.

Firenze staat bekend om zijn goedkoop maar kwalitatief leer, je zal dan ook veel kraampjes en winkeltjes tegenkomen. Ben je van plan iets te kopen? Probeer een beetje af te dingen op de Mercato Nuovo en in de kleinere winkeltjes.

Zorg dat je een sjaaltje meeneemt voor als je de duomo wilt bezoeken om je schouders mee te bedekken.

Zoals in elke grote stad vermijd je beter terrasjes gelegen aan de grote bezienswaardigheden. Tenzij je €6 voor een koffie wil betalen, kan je beter in Oltarno of rustigere straten een plekje zoeken.

kunstig verkeersbord clet abraham firenze
Een van de verkeersborden dat Clet Abraham te pakken heeft gekregen.

Reistips voor de perfecte vakantie in Italië

Waar op letten bij het openbaar vervoer nemen in Italië

Het openbaar vervoer in Italië is vrij goed geregeld, goedkoop en gemakkelijk. Zoek de dichtstbijzijnde biglietteria een koop een kaartje voor de bus of neem de tram naar grotere steden zoals Firenze. Het is een wonder wat je allemaal met Google kan vinden. Dichtstbijzijnde stations, de haltes die de bus af legt… Installeer zeker op voorhand de Trainline app, hiermee kan je in heel Europa gemakkelijk treinkaartjes kopen via je smartphone. Je kan ook op de stations aan de automaten kaartjes kopen, maar denk eraan dat je bij zowel het nemen van de bus als de trein je kaartjes laat afstempelen! Dit doe je aan de groene kastjes op de perrons.

Eten: de beste restaurants van Italië

In Italië wordt er pas laat avond gegeten, hou er dus rekening mee dat als je om 19u arriveert bij een ristorante, de kans groot is dat er nog niet gedekt is. Pas ook op voor de ‘tourist menus’, je betaalt veel te veel geld en de kwaliteit van het eten is vaak ondermaats. In plaats van uit te kijken naar een ristorante kan je beter naar een osteria of trattoria gaan. Dit is waar de locals vaak eten, volg dus niet je ogen maar gewoon de locals. Tot slot betaal je ook coperto wanneer je gaat eten, dit is de prijs om de tafel te dekken. Dit wordt automatisch op de rekening bij opgeteld en bedraagt normaal nooit maar dan enkele euro’s.

  • Pestolab Baico in Monterosso al Mare, voor versgemaakte pesto.
  • Osteria da Rosolo in Lucca, voor geweldige picci met everzwijnragout en panna cotta.
  • All’Antico Vinaio in Firenze, voor de beste broodjes van het land.
  • Gelateria Dei Neiri in Firenze, voor heerlijk ricotta ijs.
  • Da Nerbone in de Mercato centrale in Firenze, bekend om zijn Toscaanse specialiteiten trippa en lampredotto. 
  • L’Indicatore in San Baronto, voor de sappigste burgers (reserveren is een must!)
pestolab baico monterosso al mare
Baico pestolab in Monterosso al Mare.

Winkelen in Italië

oudste apotheek van Firenze
De oudste apotheek ter wereld, de Officina Profumo Farmaceutica di Santa Maria Novella.

Overnachten: enkele ultieme slaapplekjes in Italië

Meer weten over Italië

By Nymke Dullers

Ik ben Nymke. Dromer, dierenliefhebber en avocadokweekster.