Column: Reisverslag van een verlegen eurotripper (Boedapest, deel 1)

fotos van boedapest

Aangezien mijn zelfredzaamheid in het buitenland evenredig is aan de omvang van mijn geslacht na een etmaal in een diepvriezer, heb ik in de loop der jaren een eigen manier van reizen ontwikkeld. Ik wil namelijk mijn vermeend hip imago van postmoderne avonturier en zelfverklaard Eurotrotter geen oneer aandoen.

Familiale uitstapjes, georganiseerde groepsreizen of all-in-vakanties zijn alras a priori uitgesloten. Dan rest er enkel nog een slinkse reiswijze: naar plekken trekken waar er niet toevallig een nobele bekende wil fungeren als zowel maître d’hotel als persoonlijke gids. 

Lees: onze reisgids over een citytrip naar Boedapest


Mijn eerste slachtoffer tref ik aan in Budapest, de hoofdstad van Hongarije. Officiële lidstaat van de EU sinds 2004, maar dat is niet altijd te merken. Ze hebben nog steeds de Forint als valuta (1 euro is ongeveer 250 forint en er is recentelijk zelfs een nieuw muntstuk van 200 forint verschenen, dus de euro,… dat zit er nog niet meteen in) en tijdens mijn gesprekken met de enkele locals die het Engels machtig waren, refereerden ze zelf steeds naar België als ‘There in Europe’… 

Mijn gids is de immer sympathieke Viktoria, waarmee ik 6 jaar geleden bed en breakfast deelde toen ze hier een jaar in België studeerde. Zij is het Hongaars, Duits, Engels en Nederlands machtig en ondertussen leert ze nog Frans ook. Ikzelf beheers bijwijlen zelfs mijn zenuwen nog meer dan mijn talen. Als studente psychologie én communicatiewetenschappen heeft ze deze vakantie wel 4 dagen tijd om uw reporter van dienst rond te leiden. Een kort mailtje in de aard van: “Hey, I’m coming to Budapest, 9 – 13 july. Will you take care of me?” was de oorzaak van volgende buitenlandse belevenissen.

Donderdag negen juli tweeduizend en negen. 

Ik trek mijn stoutste schoenen aan -ik heb dan ook maar één paar schoenen- en pak m’n zakkie, nog licht bekaterd van de zuipersklas chez Nonkel Wim in Het Zevende Zegel. Daar dronken we een grote teleurstelling weg: namelijk het afgelaste -of eerder nooit geplande- concert van Portugal.The Man in Mechelen. Gelukkig werden er plannen gesmeed om de sympathieke gozers uit Alaska naar O’burg te halen. De onderhandelingen lopen nog steeds. Maar we waren dus licht bekaterd onze zak aan pakken. Vervolgens vulde ik die met kledingwaar, zoals propere onderbroekjes, sokjes en t-shirten. Ja, van een zak vullen heb ik wel kaas gegeten. 

Het vliegtuig van Wizz Air vertrekt om 17 uur en conform naar de aanbevelingen staat uw reporter alleen te Charleroi, in de luchthaven zelfs, want vandaar vertrekt de vlieger. (Dank u mama om me af te zetten.) Na wat ademhalingsoefeningen vindt uw reporter de weg en de moed om zich naar de check-in te begeven. Probleem #1 stelt zich al: blijkbaar had ik op internet niet aangevinkt dat ik bagage ging meenemen en moet ik daarvoor extra betalen. (Mama, wil je volgende keer controleren of ik wel juist tickets bestel online?) Gelukkig is de dienstdoende balieman eentje die er geerne eentje toeknijpt. Een oogje hé. Hij vindt mijn zak klein genoeg om gewoon als handbagage mee te nemen. Heb ik misschien te weinig dingen meegenomen, vraag ik me bang af.

  • fotos van boedapest
  • boedapest hongarije reisverhaal
  • resiverhaal boedapest hongarije
  • hongarije wat te doen in boedapest
  • kort verhaal boedapest
  • boedapest kort verhaal
  • wat te doen in boedapest
  • column over boedapest
  • boedapest reisverhaal
  • wat doen in boedapest
  • boedapest hongarije tips
  • boedapest in hongarije reisverhaal tips

Hopla, naar de douane. Uiteraard steekt er heel wat vloeistof in mijn zak. Contactlezenvloeistof, shampoo, zonnecrème,… De gebruinde, van Italiaanse afkomst, douanebeambte haalt mijn zak van boven tot onder leeg. Ik besef dat het wel aan mijn shampoo zal liggen en stel voor om die er uit te nemen. Hands off motherflipper, zeggen zijn ogen. En hij haalt alles overhoop, vindt uiteindelijk de shampoo, maar vindt het ook nodig om mijn condoompjes eruit te nemen en er openlijk mee te lachen. Ik houd het op pure jaloezie, omdat ie zag dat het duidelijk XL was. 

Ik vind België een apenland en wil zo snel mogelijk vertrekken. Dan krijg ik opeens een voucher toegestoken waarmee ik een gratis drankje krijg! Hoera! Of neen, toch niet, het vliegtuig heeft een niet nader genoemde vertraging. Kakkerij. Ik lees de krant. Ik lees een boek. Ik lees de krant nog eens. Ik schrijf wat bedenkingen op. Ik bel wat mensen. Ik ga eens plassen. Ondertussen is het 19.30 en ik zit nog steeds in Charleroi. Dat was niet de afspraak. 

Beweging. Van gate 8 gaan we naar gate 7. Ik sla een babbeltje met de vrouw die de hele tijd voor me zat en met mijn zuchtend smoelwerk lachte telkenmale ik naar het infobord keek. In de tijd dat we van gate 7 nog eens verhuizen naar gate 2 en dan uiteindelijk naar 1, weet ik ondertussen alles over haar. Ze gaat een vriendin bezoeken, ze moet van haar psycholoog ex-man zeggen in plaats van ‘mijne man’ en ze heeft geen goede band met haar kinderen. Ook zij heeft condooms bij, want je weet maar nooit.

Ze gaat een vriendin bezoeken, ze moet van haar psycholoog ex-man zeggen in plaats van ‘mijne man’ en ze heeft geen goede band met haar kinderen. Ook zij heeft condooms bij, want je weet maar nooit.

Om 20 uur vertrekken we eindelijk. Ik doe nog snel een dringend telefoontje op de trap van de vlieger en besluit naast de sympathieke vrouw te zitten. Ik deel wat van mijn levenswijsheid als jongeling en trakteer haar op een koffie op de vlieger. Als ik echter had geweten dat we moesten betalen voor dat drankje, had ik dat zeker niet gedaan! Afzetters! We landen op de daartoe bestemde landingsbaan in Budapest. Ik ben blij dat we maar 2 uur moesten vliegen, want de sympathieke vrouw begon wel erg heel luid te praten over mindfulness in zo’n klein vliegtoestelletje. En ze leek nog oprecht enthousiast ook. We nemen afscheid en beloven elkaar te zien op het wijkfeest in Etterbeek. Mijn grootmoeder belde echter net om te melden dat ze is gestorven en dan zal worden begraven, dus ik weet niet of ik er nog op tijd geraken.

Het is na 22 uur en Viktoria neemt me via trein, tram, bus en metro mee naar het centrum. Ik ontmoet vervolgens -in deze exacte volgorde-:

  • een eerste dronken jonge Hongaar (hij vertelt dat ie later meubels wilt maken, maar dat ie nu eerst nog een biertje gaat drinken)
  • een gipsyking
  • haar konijn genaamd Hugo
  • haar huisgenoot Lala, die eigenlijk Lajos heet, maar Lala klinkt zo Teletubbie en gezellig. 

Na vele vijven en zessen is het eigenlijk al na twaalven en we trekken naar Margitsziget, een eiland temidden van de Donau. Dat is de rivier die Buda van Pest scheidt. Dat wist ik ook nog niet tot toen. Anyhoo, dat eiland staat bol van de gezellige dranketablissementen. Ik steunde de lokale economie en bestelde meteen een biertje! Godsamme, slechts 450 forint voor een halve liter pils. Nou schol. Uit enthousiasme bestelde ik nog eentje. En waarom niet eens een palinka proberen? Yakkie, dat brandt alles weg. Snel even dat scherp gevoel wegspoelen met een biertje. Slurps. Mmm, dat schuift lekker weg. We begeven ons van het terras naar de dansvloer binnenin. Warm dat het daar is, ik heb wel een lokale verfrissing verdiend. Glups. Ik strompel tegen iemand aan -dat zal de jetlag zijn- en begin een praatje. Hij raadt me aan om Jim-Beam-Gyiömbért te drinken. Na lang en veel proeven blijkt dat niet meer of niet minder te zijn dan een whisky met Canada Dry. Geniaal drankje. Uit dankbaarheid drink ik nog eentje en opeens komt de Petit Michael Jackson Flamand in mij boven en ik dans de gehele keet bij mekaar. We waggelen naar de nachtbus en die zet ons af in aan Mester Utca, de straat waar ik slaap, maar niet zonder eerst nog een inheemse lekkernij te eten. Ik krijg een lang broodje, met daarin een warme worst in een plastieken velletje. Ho maar, alsof dat nog niet genoeg is, krijg ik er ook nog warme zuurkool, ketchup, mosterd en augurken bij! Wat een te gekke stad is dit. Geflipt! Het is 4 uur, mijn pot was al dicht, maar nu gaan ook de oogjes dicht.

Deel twee komt gauw.

By Sam

Mijn naam is Sam. Omdat ik maar geen geschikte auteur vind voor mijn autobiografie getiteld ‘de biografie van net niet’, ben ik zelf maar aan het schrijven geslagen. Zo schrijf ik voor de foodblog Ottenburg Business Lunch Club en voor deze reisblog. Mijn gebrek aan kennis overcompenseer ik door verhaaltechnisch interessante fantasie.

Leave a comment

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.